Positieve emoties

Hoogmoed komt voor de val. Toch?

Trots. Best een ingewikkelde positieve emotie.

Als je iemand vraagt: ‘waar ben je trots op?’, hoor je iets als: ‘op mijn zoon, die ondanks slechthorendheid en ADHD zijn VWO-diploma gehaald heeft en nu een studie volgt’. ‘Ik ben trots op mijn dochter, die haar PhD in 4 jaar heeft afgerond, terwijl zij en haar partner in het laatste jaar een baby hadden.’ Op mijn partner, die met rugklachten en al de leien van het dak van een nieuwe verflaag heeft voorzien.’












Trots zijn op een ander is makkelijk.

Maar toen ik iemand die begonnen was haar huis op te ruimen en al zakken vol naar goede doelen had gebracht, vroeg of ze trots was op zichzelf? ‘Ik ben veel te laat begonnen, schaam me dat ik het zover heb laten komen, en er ligt zo veel. Hoezo trots?’
Nou, omdat je aan iets begonnen bent wat heel moeilijk voor je is?
En de ex-collega die na een gezamenlijke wandeling de moed had uit een baan te stappen die niet bij haar paste? Die mag heel trots zijn! Stoppen is vaak veel moeilijker dan maar doorploeteren.
Laatst sprak ik iemand die had besloten een maagoperatie te ondergaan. Na jaren van zichzelf kwellen met diëten, afvallen, weer aankomen, ging ze voor haar gezondheid. Hoe eng ze het ook vond. Megatrots moet ze zijn!

Maar trots zijn op jezelf? Dat doe je niet. En je spreekt het al helemaal niet uit.

Als je zou weten dat het je meer zelfvertrouwen oplevert en het gevoel dat je tot nóg meer in staat bent, kan je dan toch niet een paar dingen, helemaal alleen van jou zelf, bedenken waar je trots op bent?

Ik? Waar ik trots op ben?
Stiekem, soms, toch wel, op het starten met mijn droom, een praktijk voor wandelcoaching.
Op het schrijven, en vooral, versturen van deze nieuwsbrief.

En op die zoon, dochter en partner natuurlijk.

En jij?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *